Er zijn in Nederland heel veel schrijvers die waanzinnig mooie boeken hebben geschreven, dus soms is het echt door de bomen het bos niet meer zien als het gaat om het bepalen van je literatuurlijst. Gelukkig heb ik al veel boeken gelezen en kan ik je een aantal echt zeker aanraden. In deze blog ga ik een aantal van deze boeken voor je behandelen.
Het Diner – Herman Koch
Het Diner van Herman Koch, wat overigens al drie keer is verfilmd, gaat over twee koppels die samen uit eten zijn en over van alles en nog wat praten. Ze proberen heel lang het hoofdonderwerp van de avond te vermijden: het feit dat hun kinderen samen iets verschrikkelijks hebben gedaan en dan moet opgelost worden.In hoeverre kunnen en mogen zij hun kinderen beschermen van wat zij hebben gedaan? Het verhaal is opgedeeld in verhaallijnen zoals je ze tijdens een echt diner ook zou vinden: Aperitief, Voorgerecht, Hoofdgerecht en Nagerecht. Tijdens het lezen van dit verhaal zit je op het puntje van je stoel en wil je eigenlijk niet stoppen met lezen tot je het boek uit hebt.
De Aanslag – Harry Mulisch
Nog een boek waarbij je echt op het puntje van je stoel zit en niet kunt stoppen met lezen is De Aanslag van Harry Mulisch. Het verhaal speelt zich af tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. De hoofdpersoon in dit verhaal is de 12-jarige Anton Steenwijk die, samen met zijn gezin, in Haarlem woont. Een NSB’er, Fake Ploeg, wordt op een avond neergeschoten in de straat waar Anton woont. Het lijk van de doodgeschoten Fake wordt door buurtbewoners voor hun huis neergelegd. Anton wordt meegenomen naar een politiebureau en de Duitsers steken zijn huis in brand. Anton wordt de volgende dag naar zijn oom en tante gebracht en weet niet wat er met zijn ouders en broer is gebeurd en waarom het lijk voor hun huis neer is gelegd. Gaandeweg in het verhaal wordt het Anton duidelijk waarom het is gebeurd.
Hersenschimmen – J. Bernlef
Eén van de beste Nederlandse boeken ooit geschreven is toch zeker wel Hersenschimmen. De hoofdpersoon, Maarten Klein, is een gepensioneerde man die lijdt aan dementie. In dit verhaal maak je de hele aftakeling mee hoe Maarten van een gezonde man langzaam aftakelt naar een man die 24 uur per dag verzorging nodig heeft. Wat zo bijzonder is aan dit verhaal is dat het geschreven is vanuit de hoofdpersoon zelf. Je maakt dus mee hoe de hoofdpersoon het ook meemaakt, wat voor veel mensen waarbij een naaste aan het dementeren is troost kan bieden.